Zingen (to sing) - Verb conjugation and exercises

Conjugation of zingen (to sing) for all verb tenses with example phrases and exercises.

 Zingen (to sing) - Verb conjugation and exercises

Learning materials that implement this verb:

Level: A1

Module 6: De stad en het dorp (The city and the village)

Lesson 45: Muziek en kunst (Music and art)

Infinitief Voltooid deelwoord
Zingen (to sing) Gezongen (Sung)

Verb tenses

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Dutch English
(ik) zing I sing
(jij) zingt/zingt you sing
(hij/zij/het) zingt he/she/it sings
(wij) zingen we sing
(jullie) zingen you sing
(zij) zingen they sing

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Dutch English
(ik) zong I sang
(jij) zong you sang
(hij/zij/het) zong he/she/it sang
(wij) zongen we sang
(jullie) zongen you sang
(zij) zongen they sang

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Dutch English
(ik) heb gezongen I have sung
(jij) hebt gezongen You have sung
(hij/zij/het) heeft gezongen he/she/it has sung
(wij) hebben gezongen we have sung
(jullie) hebben gezongen you have sung
(zij) hebben gezongen they have sung

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Dutch English
(ik) heb gezongen I sang
(jij) hebt gezongen You sang
(hij/zij/het) heeft gezongen He/she/it has sung
(wij) hebben gezongen we sang
(jullie) hebben gezongen you have sung
(zij) hebben gezongen They sang

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Dutch English
ik zal zingen I will sing
jij zult zingen / zal jij zingen you will sing / you shall sing
(hij/zij/het) hij zal zingen he will sing
wij zullen zingen we will sing
jullie zullen zingen You will sing
zij zullen zingen they will sing

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Dutch English
(ik) zal gezongen hebben I will have sung
(jij) zult gezongen hebben/zal gezongen hebben you will have sung
(hij/zij/het) zal gezongen hebben he/she/it will have sung
(wij) zullen gezongen hebben we will have sung
(jullie) zullen gezongen hebben you will have sung
(zij) zullen gezongen hebben They will have sung
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Dutch English
(ik) zou zingen I would sing
(jij) zou zingen You would sing
(hij/zij/het) zou zingen he/she/it would sing
(wij) zouden zingen we would sing
(jullie) zouden zingen you would sing
(zij) zouden zingen they would sing

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Dutch English
(ik) zou gezongen hebben I would have sung
(jij) zou gezongen hebben You would have sung
(hij/zij/het) zou gezongen hebben he/she/it would have sung
(wij) zouden gezongen hebben we would have sung
(jullie) zouden gezongen hebben you would have sung
(zij) zouden gezongen hebben they would have sung
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Dutch English
Zing! Sing