Dutch A1.10.1 The Weather Report - A Week in March. Share Copied!
A short weather report with an overview of the week.
Kort verhaal: Het weerbericht - een week in maart.
Een kort weerbericht met een overzicht van de week.
A1 Dutch
Level: A1
Module 2: Van uren tot seizoenen (From hours to seasons)
Lesson 10: Het weer (The weather)
Teaching guidelines +/- 15 minutes
Audio and video
Text and translation
| 1. | Maandag in de ochtend is het bewolkt en een beetje fris. | Monday morning is cloudy and a bit chilly. |
| 2. | Dinsdag in de middag schijnt de zon en het is warm. | Tuesday afternoon the sun is shining and it is warm. |
| 3. | Woensdag in de avond valt er regen in het westen van het land. | Wednesday evening there will be rain in the west of the country. |
| 4. | Donderdag in de ochtend is het mistig en stil. | Thursday morning is misty and quiet. |
| 5. | Vrijdag in de middag waait het hard, vooral aan zee. | Friday in the afternoon it blows hard, especially at the sea. |
| 6. | Zaterdag in de ochtend is het droog, maar koud. | Saturday morning it is dry, but cold. |
| 7. | Zondag in de middag is het zonnig met een blauwe lucht. | Sunday afternoon is sunny with a blue sky. |
| 8. | De temperatuur blijft de hele week rond vijf graden. | The temperature remains around five degrees all week. |
| 9. | De hele week blijft het wisselvallig, maar niet extreem. | The whole week remains changeable, but not extreme. |
Exercise 1: Discussion questions
Instruction: Discuss the questions after listening to the audio or reading through the text.
- Wat voor weer is het op woensdagavond?
- Welke dag is zonnig met een blauwe lucht in de middag?
- Welk weer is het nu in jouw stad?
- Welk weer is het meestal in jouw land?
What is the weather like on Wednesday evening?
Which day is sunny with a blue sky in the afternoon?
What is the weather like in your city now?
What is the weather usually like in your country?
Exercise 2: Fill in the gaps and complete the sentences
Instruction: Fill in the correct word.
droog, fris, regen, waait, warm
1.
Maandag in de ochtend is het bewolkt en een beetje .
(Monday morning is cloudy and a bit chilly.)
2.
Dinsdag in de middag schijnt de zon en het is .
(Tuesday afternoon the sun is shining and it is warm.)
3.
Woensdag in de avond valt er in het westen van het land.
(Wednesday evening, rain falls in the west of the country.)
4.
Vrijdag in de middag het hard, vooral aan zee.
(Friday afternoon, it is very windy, especially at the coast.)
5.
Zaterdag in de ochtend is het , maar koud.
(Saturday morning it is dry, but cold.)