Zwemmen (to swim) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Present continuous, indicative mood) Share Copied!
Zwemmen - Conjugation of to swim in Dutch: Conjugation table, examples and exercises in the present continuous, indicative mood tense (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Present continuous, indicative mood)
All conjugations and tenses: Zwemmen (to swim) - Verb conjugation and exercises
Syllabus: Dutch lesson - Sport en beweging (Sports and exercise)
Conjugation of to swim in Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)
| Dutch | English |
|---|---|
| (ik) zwem | I swim |
| (jij) zwemt / zwem jij | you swim / you swim |
| (hij/zij/het) zwemt | he/she/it swims |
| (wij) zwemmen | we swim |
| (jullie) zwemmen | you swim |
| (zij) zwemmen | they swim |
Example phrases
| Dutch | English |
|---|---|
| Ik zwem elke week in het zwembad. | I swim in the swimming pool every week. |
| Jij zwemt snel tijdens de wedstrijd. | You swim fast during the competition. |
| Hij zwemt graag naast het voetbalveld. | He likes to swim next to the football field. |
| Wij zwemmen na het sporten in de sportschool. | We swim after exercising in the gym. |
| Jullie zwemmen beter dan bij het turnen. | You swim better than in gymnastics. |
| Zij zwemmen samen in het grote zwembad. | They swim together in the large swimming pool. |
Exercise: Verb conjugation
Instruction: Choose the correct form.
<strong>zwem, zwem, zwemt, zwemmen, jij
1.
Zij ... samen in het grote zwembad.
(They swim together in the large swimming pool.)
2.
Hij ... graag naast het voetbalveld.
(He likes to swim next to the football field.)
3.
... ...t snel tijdens de wedstrijd.
(You swim fast during the competition.)
4.
Jullie ... beter dan bij het turnen.
(You swim better than in gymnastics.)
5.
Wij ... na het sporten in de sportschool.
(We swim after exercising in the gym.)
6.
Ik ... elke week in het ...bad.
(I swim in the swimming pool every week.)