Schoonmaken (to clean) - Verb conjugation and exercises

Conjugation of schoonmaken (to clean) for all verb tenses with example phrases and exercises.

 Schoonmaken (to clean) - Verb conjugation and exercises

Learning materials that implement this verb:

Level: A1

Module 5: Thuis (At home)

Lesson 31: Ons huis (Our house)

Infinitief Voltooid deelwoord
Schoonmaken (to clean) Schoongemaakt (Cleaned)

Verb tenses

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Dutch English
(ik) maak schoon I clean
(jij) maakt schoon You clean
(hij/zij/het) maakt schoon he/she/it cleans
(wij) maken schoon we clean
(jullie) maken schoon you clean
(zij) maken schoon they clean

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Dutch English
(ik) maakte schoon I cleaned
(jij) maakte schoon You cleaned
(hij/zij/het) maakte schoon he/she/it cleaned
(wij) maakten schoon we cleaned
(jullie) maakten schoon you cleaned
(zij) maakten schoon they cleaned

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Dutch English
(ik) heb schoongemaakt I have cleaned
(jij) hebt schoongemaakt / heeft schoongemaakt you have cleaned / has cleaned
(hij/zij/het) heeft schoongemaakt he/she/it has cleaned
(wij) hebben schoongemaakt we have cleaned
(jullie) hebben schoongemaakt you have cleaned
(zij) hebben schoongemaakt They have cleaned

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Dutch English
(ik) heb schoongemaakt I cleaned
(jij) hebt/heb schoongemaakt you have cleaned
(hij/zij/het) heeft schoongemaakt he/she/it has cleaned
(wij) hebben schoongemaakt we cleaned
(jullie) hebben schoongemaakt you have cleaned
(zij) hebben schoongemaakt they cleaned

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Dutch English
(ik) zal schoonmaken I will clean
(jij) zult/sal schoonmaken you will clean
(hij/zij/het) zal schoonmaken he/she/it will clean
(wij) zullen schoonmaken we will clean
(jullie) zullen schoonmaken you will clean
(zij) zullen schoonmaken they will clean

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Dutch English
(ik) zal hebben schoongemaakt I will have cleaned
(jij) zult/zal hebben schoongemaakt You will have cleaned
(hij/zij/het) zal hebben schoongemaakt he/she/it will have cleaned
(wij) zullen hebben schoongemaakt we will have cleaned
(jullie) zullen hebben schoongemaakt you will have cleaned
(zij) zullen hebben schoongemaakt they will have cleaned
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Dutch English
(ik) zou schoonmaken I would clean
(jij) zou schoonmaken You would clean
(hij/zij/het) zou schoonmaken he/she/it would clean
(wij) zouden schoonmaken we would clean
(jullie) zouden schoonmaken you would clean
(zij) zouden schoonmaken they would clean

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Dutch English
(ik) zou schoongemaakt hebben I would have cleaned
(jij) zou schoongemaakt hebben you would have cleaned
(hij/zij/het) zou schoongemaakt hebben he/she/it would have cleaned
(wij) zouden schoongemaakt hebben we would have cleaned
(jullie) zouden schoongemaakt hebben you would have cleaned
(zij) zouden schoongemaakt hebben they would have cleaned
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Dutch English
Maak schoon! Clean up!