10K+ students - 4.8/5
Learn with a teacher Learning materials included Practise conversation

Mediteren (to meditate) - Verb conjugation and exercises

Conjugation of mediteren (to meditate) for all verb tenses with example phrases and exercises.

Mediteren (to meditate) - Verb conjugation and exercises

Learning materials that implement this verb:

Level: A1

Module 4: Objecten en mensen beschrijven (Describing objects and people)

Lesson 29: Fysieke toestanden en sensaties (Physical states and sensations)

Infinitief Voltooid deelwoord
Mediteren (to meditate) Gemediteerd (Meditated)

Verb tenses

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Dutch English
ik mediteer I meditate
jij mediteert You meditate
hij/zij/het mediteert He/she/it meditates
wij mediteren We meditate
jullie mediteren You meditate
zij mediteren They meditate

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Dutch English
ik mediteerde I meditated
jij mediteerde You meditated
hij/zij/het mediteerde He/she/it meditated
wij mediteerden We meditated
jullie mediteerden You meditated
zij mediteerden They meditated

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Dutch English
ik heb gemediteerd I have meditated
jij hebt gemediteerd You have meditated
hij/zij/het heeft gemediteerd He/she/it has meditated
wij hebben gemediteerd We have meditated
jullie hebben gemediteerd You have meditated
zij hebben gemediteerd They have meditated

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Dutch English
ik heb gemediteerd I have meditated
jij hebt gemediteerd You have meditated
hij/zij/het heeft gemediteerd He/she/it has meditated
wij hebben gemediteerd We have meditated
jullie hebben gemediteerd You have meditated
zij hebben gemediteerd They have meditated

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Dutch English
ik zal gemediteerd hebben I will have meditated
jij zult gemediteerd hebben / zal gemediteerd hebben You will have meditated
hij/zij/het zal gemediteerd hebben He/she/it will have meditated
wij zullen gemediteerd hebben We will have meditated
jullie zullen gemediteerd hebben You will have meditated
zij zullen gemediteerd hebben They will have meditated

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Dutch English
ik zal gemediteerd hebben I will have meditated
jij zult gemediteerd hebben You will have meditated
hij/zij/het zal gemediteerd hebben He/she/it will have meditated
wij zullen gemediteerd hebben We will have meditated
jullie zullen gemediteerd hebben You will have meditated
zij zullen gemediteerd hebben They will have meditated
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Dutch English
ik zou mediteren I would meditate
jij zou mediteren You would meditate
hij/zij/het zou mediteren He/she/it would meditate
wij zouden mediteren We would meditate
jullie zouden mediteren You would meditate
zij zouden mediteren They would meditate

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Dutch English
ik zou gemediteerd hebben I would have meditated
jij zou gemediteerd hebben You would have meditated
hij/zij/het zou gemediteerd hebben He/she/it would have meditated
wij zouden gemediteerd hebben We would have meditated
jullie zouden gemediteerd hebben You would have meditated
zij zouden gemediteerd hebben They would have meditated
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Dutch English
Mediteer! Meditate!