Huren (to rent) - Verb conjugation and exercises

Conjugation of huren (to rent) for all verb tenses with example phrases and exercises.

 Huren (to rent) - Verb conjugation and exercises

Learning materials that implement this verb:

Level: A1

Module 5: Thuis (At home)

Lesson 35: Huisvesting en accommodatie (Housing and accommodation)

Infinitief Voltooid deelwoord
Huren (to rent) Gehuurd (Rented)

Verb tenses

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Dutch English
(ik) huur I rent
(jij) huurt/huur You rent
(hij/zij/het) huurt he rents/she rents/it rents
(wij) huren we rent
(jullie) huren you rent
(zij) huren they rent

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Dutch English
(ik) huurde I rented
(jij) huurde you rented
(hij/zij/het) huurde he/she/it rented
(wij) huurden we rented
(jullie) huurden you rented
(zij) huurden they rented

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Dutch English
(ik) heb gehuurd I have rented
(jij) hebt gehuurd You have rented
(hij/zij/het) heeft gehuurd he/she/it has rented
(wij) hebben gehuurd we have rented
(jullie) hebben gehuurd you have rented
(zij) hebben gehuurd they have rented

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Dutch English
(ik) heb gehuurd I rented
(jij) hebt gehuurd you rented
(hij/zij/het) heeft gehuurd he/she/it has rented
(wij) hebben gehuurd we have rented
(jullie) hebben gehuurd you have rented
(zij) hebben gehuurd they have rented

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Dutch English
(ik) zal huren I will rent
(jij) zal huren You will rent
(hij/zij/het) zal huren he/she/it will rent
(wij) zullen huren we will rent
(jullie) zullen huren you will rent
(zij) zullen huren they will rent

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Dutch English
(ik) zal/ga gehuurd hebben I will have rented
(jij) zult/gaat gehuurd hebben You will have rented
(hij/zij/het) zal/gaat gehuurd hebben he/she/it will have rented
(wij) zullen/gaan gehuurd hebben we will have rented
(jullie) zullen/gaan gehuurd hebben you will have rented
(zij) zullen/gaan gehuurd hebben they will have rented
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Dutch English
ik zou huren I would rent
jij zou huren you would rent
hij/zij/het zou huren he/she/it would rent
wij zouden huren we would rent
jullie zouden huren you would rent
zij zouden huren they would rent

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Dutch English
(ik) zou gehuurd hebben I would have rented
(jij) zou gehuurd hebben you would have rented
(hij/zij/het) zou gehuurd hebben he/she/it would have rented
(wij) zouden gehuurd hebben we would have rented
(jullie) zouden gehuurd hebben You would have rented
(zij) zouden gehuurd hebben they would have rented
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Dutch English
Huur! Rent!