Geven (to give) - Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs (Past Perfect, indicative mood) Share Copied!
Geven - Conjugation of to give in Dutch: Conjugation table, examples and exercises in the past perfect, indicative mood tense (Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs).
Onvoltooid verleden tijd (OVT), aantonende wijs (Past Perfect, indicative mood)
All conjugations and tenses: Geven (to give) - Verb conjugation and exercises
Syllabus: Dutch lesson - Adres en contactgegevens (Address and contact details)
Conjugation of to give in Onvoltooid verleden tijd (OVT)
| Dutch | English |
|---|---|
| (ik) gaf | I gave |
| (jij) gaf/gaaf | you gave |
| (hij/zij/het) gaf | he/she/it gave |
| (wij) gaven | we gave |
| (jullie) gaven | you gave |
| (zij) gaven | they gave |
Example phrases
| Dutch | English |
|---|---|
| Ik gaf de klant informatie over de cadeauwinkel. | I gave the customer information about the gift shop. |
| Jij gaf de verkoper een mooi compliment vandaag. | You gave the seller a nice compliment today. |
| Hij gaf een korting in de fruitwinkel gisteren. | He gave a discount in the fruit shop yesterday. |
| Wij gaven een cadeau aan de bakkerij als dank. | We gave a gift to the bakery as thanks. |
| Jullie gaven goede service bij het kapsalon. | You gave good service at the hair salon. |
| Zij gaven veel advies in de kledingzaak samen. | They gave a lot of advice together in the clothing store. |
Exercise: Verb conjugation
Instruction: Choose the correct form.
gaven, gaf
1.
Ik ... de klant informatie over de cadeauwinkel.
(I gave the customer information about the gift shop.)
2.
Jij ... de verkoper een mooi compliment vandaag.
(You gave the seller a nice compliment today.)
3.
Hij ... een korting in de fruitwinkel gisteren.
(He gave a discount in the fruit shop yesterday.)
4.
Wij ... een cadeau aan de bakkerij als dank.
(We gave a gift to the bakery as thanks.)
5.
Jullie ... goede service bij het kapsalon.
(You gave good service at the hair salon.)
6.
Zij ... veel advies in de kledingzaak samen.
(They gave a lot of advice together in the clothing store.)