10K+ students - 4.8/5
Learn with a teacher Learning materials included Practise conversation

Doen (do) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Present continuous, indicative mood)

Doen (do) - Verb conjugation and exercises

Doen - Conjugation of Do in Dutch: Conjugation table, examples and exercises in the present continuous, indicative mood tense (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Present continuous, indicative mood)

All conjugations and tenses: Doen (do) - Verb conjugation and exercises

Syllabus: Dutch lesson - Dagelijkse routines (Daily routines)

Conjugation of do in Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

Dutch English
(ik) doe I do
(jij) doet / doe you do
(hij/zij/het) doet he/she/it does
(wij) doen we do
(jullie) doen you do
(zij) doen they do

Example phrases

Dutch English
Ik doe mijn huiswerk voor de studie. I do my homework for the study.
Doe jij de voorbereidingen voor het feest? Do you do the preparations for the party?
De leraar doet zijn werk goed elke dag. He does his work well every day.
Wij doen samen onderzoek als studenten. We do research together as students.
Jullie doen het beste voor de dokter. You do what is best for the doctor.
Zij doen hun werk als politieagenten professioneel. They do their work as police officers professionally.

Exercise: Verb conjugation

Instruction: Choose the correct form.

Show translation Show answers

doen, doet, doe

1.
Jullie ... het beste voor de dokter.
(You do what is best for the doctor.)
2.
Wij ... samen onderzoek als studenten.
(We do research together as students.)
3.
Zij ... hun werk als politieagenten professioneel.
(They do their work as police officers professionally.)
4.
... jij de voorbereidingen voor het feest?
(Do you do the preparations for the party?)
5.
Ik ... mijn huiswerk voor de studie.
(I do my homework for the study.)
6.
De leraar ... zijn werk goed elke dag.
(He does his work well every day.)