10K+ students - 4.8/5

Learn with a teacher Learning materials included Practise conversation

Binnenkomen (to enter) - Verb conjugation and exercises

Conjugation of binnenkomen (to enter) for all verb tenses with example phrases and exercises.

 Binnenkomen (to enter) - Verb conjugation and exercises

Learning materials that implement this verb:

Level: A1

Module 5: Thuis (At home)

Lesson 31: Ons huis (Our house)

Infinitief Voltooid deelwoord
Binnenkomen (to enter) Binnengekomen (Entered)

Verb tenses

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Dutch English
ik kom binnen I enter
jij komt binnen You enter
hij/zij/het komt binnen He/she/it enters
wij komen binnen We enter
jullie komen binnen You enter
zij komen binnen They enter

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Dutch English
ik kwam binnen I entered
jij kwam binnen You entered
hij/zij/het kwam binnen He/she/it came in
wij kwamen binnen We entered
jullie kwamen binnen You came in
zij kwamen binnen They entered

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Dutch English
ik ben binnengekomen I have entered
jij bent binnengekomen You have entered
hij/zij/het is binnengekomen He/she/it has entered
wij zijn binnengekomen We have entered
jullie zijn binnengekomen You have entered
zij zijn binnengekomen They have entered

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Dutch English
ik ben binnengekomen I have entered
jij bent binnengekomen You have entered
hij/zij/het is binnengekomen He/she/it has entered
wij zijn binnengekomen We have entered
jullie zijn binnengekomen You have entered
zij zijn binnengekomen They have entered

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Dutch English
ik zal binnengekomen zijn I will have entered
jij zal binnengekomen zijn You will have entered
hij/zij/het zal binnengekomen zijn He/she/it will have entered
wij zullen binnengekomen zijn We will have entered
jullie zullen binnengekomen zijn You will have entered
zij zullen binnengekomen zijn They will have entered

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Dutch English
ik zal binnengekomen zijn I will have entered
jij zult/zal binnengekomen zijn You will have entered
hij/zij/het zal binnengekomen zijn He/she/it will have entered
wij zullen binnengekomen zijn We will have entered
jullie zullen binnengekomen zijn You will have entered
zij zullen binnengekomen zijn They will have entered
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Dutch English
ik zou binnengekomen zijn I would have entered
jij zou binnengekomen zijn You would have entered
hij/zij/het zou binnengekomen zijn He/she/it would have entered
wij zouden binnengekomen zijn We would have entered
jullie zouden binnengekomen zijn You would have entered
zij zouden binnengekomen zijn They would have entered

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Dutch English
ik zou binnengekomen zijn I would have entered
jij zou binnengekomen zijn You would have entered
hij/zij/het zou binnengekomen zijn He/she/it would have entered
wij zouden binnengekomen zijn We would have entered
jullie zouden binnengekomen zijn You would have entered
zij zouden binnengekomen zijn They would have entered
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Dutch English
Kom binnen! Come in!